Hoofdstuk 3. De computer installeren
Lees de publicatie ThinkCentre Veiligheid en garantie goed door voordat u begint met
het installeren van de computer. Door de veiligheidsvoorschriften goed in u op te
nemen, verkleint u de kans op persoonlijk letsel en op schade aan het product.
Plaats de computer in een werkruimte die voldoet aan uw wensen en geschikt is
voor het soort werk dat u doet. Meer informatie vindt u in Hoofdstuk 2, "De werk-
plek inrichten", op pagina 3.
De computer aansluiten
Lees de volgende informatie voordat u begint met het aansluiten van de computer.
v Bij de aansluitingen aan de achterkant van de computer bevinden zich kleine
v Als de kabels en het aansluitpaneel van de computer aansluitingen met een
Opmerking: Mogelijk heeft uw computer niet alle aansluitingen die in dit gedeelte
© Copyright Lenovo 2008
pictogrammen. Kijk welke pictogrammen bij welke aansluitingen horen.
kleurcodering hebben, sluit de kabels dan aan op aansluitingen met dezelfde
kleur. Koppel bijvoorbeeld een kabel met een blauw uiteinde aan een blauwe
aansluiting, een rode kabel aan een rode aansluiting enz.
worden beschreven; dit is afhankelijk van het specifieke model.
1. Controleer de stand van de voltage-keuzeschakelaar aan de achterkant van de
computer. Zet de schakelaar zo nodig om met een balpen.
Opmerking: Sommige computers hebben geen voltageschakelaar. Deze com-
puters kiezen automatisch het juiste voltage.
v Als het lichtnet een spanning heeft tussen 100–127 V AC, zet de schakelaar
dan op 115 V.
v Bij een netspanning tussen 200–240 V AC moet de schakelaar op 230 V
staan.
5